De Waterdanser: de kracht van herinneren (Ta-Nehisi Coates)

 “Het is mijn taak het verhaal te vertellen van de slaaf. Het verhaal van de meester is vaak genoeg verteld.” (abolitionist Frederick Douglass)

Het verhaal van de slaaf in “De Waterdanser” is dat van de jonge Hiram ('Hi') Walker. Diens witte vader Howell Walker superviseert met strenge hand een tabaksplantage in Lockless (Virginia). Van zijn moeder Rose heeft Hiram elke herinnering geblokkeerd nadat zij voor zijn ogen als slaaf verkocht werd toen hij vijf jaar oud was.

Ta-Nehisi Coates wilde zich behoeden voor het al te veelvuldige gebruik van het woord 'slaaf' of 'slavernij'. 

 

Op schijnbaar onverklaarbare wijze komt de negentienjarige Hiram samen met zijn halfbroer Maynard op een avond in een grote rivier aan de rand van het dorpje terecht. De woelige stroom blijkt te sterk. De jonge Hiram slaagt er niet in om zijn halfbroer te redden maar kan door een vreemde superkracht op miraculeuze wijze aan het noodlot ontsnappen. Alleen: hij heeft niet het minste idee wat er zich heeft afgespeeld. Mist, een licht, slechts een handvol wazige en troebele herinneringen. Hiram gaat vervolgens op zoek naar een mogelijke verklaring voor de gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan.

Hiram, een “Tewerkgestelde”, blijkt een stille en slimme jongeman, die dankzij een fenomenaal fotografisch geheugen vrijwel alles direct kan onthouden. Hij droomt van een ander leven, van een uitweg uit de armoedige omstandigheden in Lockless, van een leven weg van Het Werk dat grotendeels rond slavernij en klasseverschillen draait. Met een vader die initieel helemaal niet naar hem omkijkt en een moeder waarvan hij zich amper iets herinnert, zoekt hij zijn toevlucht bij een zelf gekozen familie (de eveneens tot slaaf gemaakte Thena die zich als een surrogaatmoeder over de jonge Hiram ontfermt).

Dat Hiram over ongewone krachten blijkt te beschikken, wordt steeds vaker opgemerkt. Eerst door zijn aanvankelijk onverschillige vader maar ook door zijn halfbroer Maynard, bij wie hij als persoonlijke bediende tewerkgesteld wordt. Toch is op dat moment de betekenis en de werking van zijn bijzondere gave nog niet helemaal duidelijk. Maar mondjesmaat geraakt het mysterie rond de uitzonderlijke superkracht waarmee Hiram gezegend is opgehelderd.

Gaandeweg ziet Hiram in dat slavernij wellicht nooit helemaal uit zijn leven geband kan worden (“slavernij was de wortel van alle strijd”). Het vormt een onderdeel van zijn identiteit, die hij maar al te graag van zich wil afschudden. Zo komt hij onder meer terecht in de Ondergrondse, een beweging die ijvert voor de bevrijding van 'Tewerkgestelden'. Het blijkt de voorbode van een grote transformatie waarin hij, naast het verdere aftasten van zijn superkracht, ook leert in te zien hoe racisme, seksisme en klassenstrijd net heel structureel van aard zijn.

Teruggrijpen naar het verleden

In het werk van de Afro-Amerikaanse schrijver en journalist Ta-Nehisi Coates (°1975) is een uitgesproken fascinatie voor mens, geschiedenis en politiek terug te vinden. Zo behandelt Coates, bewonderd door gezaghebbende figuren als de Afro-Amerikaanse schrijfster Toni Morrison, in zijn romandebuut “De Waterdanser” vooral de kracht van herinnering.

Het heeft hem jaren van schrijven, schaven aan de tekst en onderzoek gekost, maar de roman die van hem een soort publieke intellectueel maakten, ligt eindelijk in de winkels. Het is de opvolger van heel wat non-fictie werk (o.a. “Between The World And Me” – opgetekend als een diepontroerende brief van een vader aan zijn zoon) en messcherpe sociopolitieke essays (o.a. “The Case For Reparations” voor The Atlantic).

Coates' roman is een lijvige brok  Afro-Amerikaanse geschiedenis die op een heel eigenzinnige manier eindelijk een plaats krijgt. Het openbaart zich als een opmerkelijke, door jarenlang (historisch) onderzoek gestutte roman, en dat gegeven op zich is heel erg bijzonder.

Ta-Nehisi Coates schuift in “De Waterdanser” onder meer het idee naar voor dat slavernij misschien wel het hardst en het brutaalst toeslaat wat de familiebanden betreft. Het verhaal van de jonge Hiram is dat van iemand die op zoek is naar een thuis, een betekenisvolle identiteit en een eigen plek in de wereld. De ontwrichting van familiale relaties en banden blijkt, net als de herinnering aan de erfenis van een donkere bladzijde in de geschiedenis, ronduit hartverscheurend te zijn.

Zodoende tracht Ta-Nehisi Coates zijn motief te vervolmaken. Zo neemt hij het op voor de jonge Hiram, de onderdrukte. Daar het verhaal van de meester/onderdrukker maar al te vaak werd verteld. Op die manier tracht hij te zoeken naar antwoorden. Waar ligt de kracht van de herinnering? En wat levert dat vanuit maatschappelijk perspectief finaal op? Het zijn die moeilijk te beantwoorden vragen die aan de basis liggen van 'De Waterdanser'.

Avontuurlijk, meeslepend en bevrijdend

Ta-Nehisi Coates schrijft vanuit zijn vele (in)directe ervaringen met de slavernijgeschiedenis een stevig, avontuurlijk maar bovenal onderhoudend verhaal. Deels een liefdesverhaal (Hiram en zijn jeugdliefde Sophia), deels een sobere, ingetogen aanklacht tegen een van de meest mensonterende bladzijden uit de Afro-Amerikaanse geschiedenis. Door het erg onconventionele begin, weet Ta-Nehisi Coates de lezer te betoveren. Voor een figuur als Hiram – een goedmoedige jongen die duidelijk komaf wil maken met een helaas al te beknellende omgeving - kan je haast niet anders dan  enige sympathie hebben, net als voor diens zoektocht naar zijn voorgeschiedenis.

Ta-Nehisi Coates tracht verschillende thema's (geschiedenis, politiek, mens en maatschappij) met elkaar te vermengen. Hij vertelt het zwaarwichtige verhaal van de slavernij, weliswaar zonder te vervallen in een prekerige of belerende toon. Integendeel, de roman trekt meteen de aandacht van de lezer naar zich toe en weet die grotendeels, op een paar omwegen na, te behouden.

Het verhaal dat Coates in De Waterdanser voorlegt – dat van klasseverschillen, onderdrukking en slavernij, maar ook dat van de omgang met verlies en het universele streven naar gelijkheid – is belangrijk en bijzonder. Interessant vanuit literair perspectief is het gebruik van magische elementen (de superkracht waarover Hiram beschikt, loopt ergens parallel aan de superkrachten die Ta-Nehisi Coates aan de helden van zijn Black Panther stripserie toeschrijft).

Minstens zo opmerkelijk is dat Ta-Nehisi Coates zich wilde behoeden voor het al te veelvuldige gebruik van het woord 'slaaf' of 'slavernij'. Die verruilt hij voor termen als 'Tewerkgestelden', 'Lage blanken' (de toezichters) en de 'Elite' (de slavenhouders). Daaruit blijkt alweer het ontzettend grote belang van taalgebruik.

De waterdans: de kracht van het herinneren

Dat geldt evenzeer voor het poëtische begrip 'waterdans' dat Ta-Nehisi Coates in deze roman introduceert. Coates verwijst ermee naar een rijke historische traditie (neem een spiritual / gospelsong als “Wade In The Water” bijvoorbeeld) waarin dans symbool staat voor het maatschappelijk verzet. Water is niet enkel een van de meest essentiële ingrediënten van deze roman, ook wordt het ingezet als een poëtische metafoor voor het leven en de immense kracht van het geheugen. De herinnering kan potentieel bevrijdend werken, zo lijkt Coates met zijn romandebuut te stellen. Het vergt dan soms wel een flinke portie moed, maar je krijgt als lezer wel een wat andere blik op de wereld dankzij dit werk. En laat dat nu net het kenmerk van grootse literatuur zijn.