Racisme à la Homans: de schuld van het slachtoffer

"De reactie van Liesbeth Homans op Samira Azabar heeft het voordeel van de duidelijkheid", zo stelt Ico Maly: "voor een antiracistische strijd moet je niet bij N-VA zijn."
Racisme à la Homans: de schuld van het slachtoffer

Racisme is een strafbaar feit. Racisme is dus niet relatief, het is een misdaad tegen de mensheid. De wet an sich zal het racisme inderdaad niet doen verdwijnen. Het afdwingen en toepassen van de wet zal dat wel doen.

 

De reactie van de Antwerpse schepen van diversiteit Liesbeth Homans op het opiniestuk van Samira Azabar bevestigt een punt dat ik al langer maak inzake de visie van N-VA op racisme: voor racismebestrijding moet je niet bij N-VA zijn. Racisme, als het al erkend wordt door deze partij, wordt niet begrepen als een dominante ideologie die structureel verankerd zit in onze samenleving met alle uiterst nefaste effecten van dien, maar als iets uitzonderlijks dat getriggerd wordt door de slachtoffers zelf. Niet racisme moet bestreden worden, maar de slachtoffers moeten inspanningen leveren. Dat mechanisme is gekend, het heet “blaming the victim”. Hoog tijd om de schepen een kleine introductie aan te bieden inzake racisme. 

Ten eerste is het belangrijk in te zien dat racisme nauw verbonden is met de politiek. Dat politieke aandeel in racisme wordt door Homans resoluut ontkend. De politiek kan volgens haar enkel het bestaande racisme ‘beperken’, niet uitroeien. Racisme lijkt zomaar te ontstaan in de samenleving, de politiek lijkt daar geen rol in te spelen. Voor een schepen van diversiteit verraadt Homans dus bijzonder weinig kaas gegeten te hebben van racisme. Als Homans zich even zou inlezen in de literatuur (ze kan bijvoorbeeld het gratis e-boek Cultu(u)rENpolitiek op KifKif.be downloaden) dan zou ze vaststellen dat de politiek net een cruciale rol speelt in het voeden van racisme. Dan zou ze begrijpen dat het discours over ‘de islam’ zoals het in de laatste decennia gevoerd is racisme genereert. Dan zou ze ook begrijpen dat haar voorzitter in de laatste weken net zijn uiterste best heeft gedaan om dit islamofobe discours verder te verspreiden en te versterken.

Ten tweede: racisme houdt machtsongelijkheid in stand. Racistische discoursen zijn niet louter woorden, ze voeden handelingen van mensen. Deze discoursen creëren ongelijkheid en houden die ongelijkheid in stand door ze voor te stellen als normaal (eigen aan kenmerken van de slachtoffers bijvoorbeeld). Discoursen hebben dus onvermijdelijk een materiële vertaling: ze structureren onze samenleving. De dominante denkbeelden in de samenleving sluipen binnen in het onderwijs en zorgen daar voor ongelijkheid (zie de uitstekende onderzoeken van de UA: http://www.oprit14.be/ ). De dominantie van het racisme is ook de verklaring voor de ongelijke positie op de arbeidsmarkt. Het is dat racisme dat verklaart waarom ook hooggeschoolde ‘allochtonen’ zoveel vaker in de werkloosheid belanden als hun autochtone collega’s. Dat is ook de verklaring van het LiFo-principe (last in, first out) waar ‘allochtonen’ mee te maken hebben in onze samenleving. Dat is ook de verklaring waarom steeds meer ‘allochtonen’ van de tweede en derde generatie België verlaten en in het buitenland werk zoeken. België heeft een structureel racisme probleem en dat is geen nieuw gegeven.

Ten derde is racisme een strafbaar feit. Racisme is dus niet relatief, het is een misdaad tegen de mensheid. De wet an sich zal het racisme inderdaad niet doen verdwijnen. Het afdwingen en toepassen van de wet zal dat wel doen. Daar wringt het schoentje: de wet is in België vaak niet toepasbaar wegens gebrek aan bewijslast (tastbare bewijzen zijn zeldzaam, werkgevers weten ondertussen dat ze niet moeten schrijven dat iemand niet aanvaard is omdat hij Turk is). Kif Kif roept daarom al jaren op dat de politiek werk maakt van een juridisch kader om praktijktests uit te voeren. Oorverdovende stilte, dat is wat de politiek laat horen. Homans is dan ook ronduit cynisch als ze enerzijds stelt dat justitie haar werk moet doen met betrekking tot racisme, maar er meteen bij zegt dat we niet op de wet moeten rekenen om racisme te bestrijden. Als het van N-VA afhangt zal dat inderdaad de realiteit zijn en blijven. Zo is haar partijgenoot Theo Francken van oordeel dat het Centrum (voor Gelijkheid van kansen en Racismebestrijding) geen juridische strijd moet voeren tegen racisme en de Antwerpse fractieleider van N-VA, Gantman, vindt zelfs dat het moet afgeschaft worden. N-VA is ook effectief een tegenstander van praktijktests.

De tekst van Homans is dus uiterst leerrijk. Het toont aan dat we van Homans en haar partij weinig moeten verwachten in de strijd tegen racisme. Niet de racist moet aangepakt worden als het van N-VA af hangt, maar het slachtoffer moet veranderen. Dat heeft het voordeel van de duidelijkheid: racisme wordt ongemoeid gelaten.

Ico Maly (1978) is doctor in de cultuurwetenschappen (Universiteit Tilburg), licentiaat in de Vergelijkende Cultuurwetenschappen en postlicentiaat in de Ontwikkelingssamenwerking, optie politiek en conflict (UGent). Hij is coördinator van Kif Kif  en gastprofessor Politiek en Cultuur aan het Rits. Hij schreef o.a. 'N-VA | Analyse van een politieke ideologie' (EPO, 2012) en 'De beschavingsmachine. Wij en de islam' (EPO, 2009). Op 20 februari 2014 stelt hij samen met Jan Blommaert & Joachim Ben Yakoub het boek 'Superdiversiteit en Democratie' voor. 

 

>>> Klik hier voor de brief van Liesbeth Homans.

>>> Klik hier voor de brief van Samira Azabar (Motief vzw, BOEH) eerder deze week: 'Antwerpen, ik hou van u, ik walg van u' (een reactie op een Brief van Riadh Bahri (Een))

>>>> Lees hier het Kif Kif dossier 'Racisme is...'